SV | Toen brachten zij des konings zoon voor, en zetten hem de kroon op, en [gaven hem] de getuigenis, en zij maakten hem koning; en Jojada en zijn zonen zalfden hem, en zeiden: De koning leve! |
WLC | וַיֹּוצִ֣יאוּ אֶת־בֶּן־הַמֶּ֗לֶךְ וַיִּתְּנ֤וּ עָלָיו֙ אֶת־הַנֵּ֙זֶר֙ וְאֶת־הָ֣עֵד֔וּת וַיַּמְלִ֖יכוּ אֹתֹ֑ו וַיִּמְשָׁחֻ֙הוּ֙ יְהֹויָדָ֣ע וּבָנָ֔יו וַיֹּאמְר֖וּ יְחִ֥י הַמֶּֽלֶךְ׃ ס |
Trans. | wayywōṣî’û ’eṯ-ben-hammeleḵə wayyitənû ‘ālāyw ’eṯ-hannēzer wə’eṯ-hā‘ēḏûṯ wayyaməlîḵû ’ōṯwō wayyiməšāḥuhû yəhwōyāḏā‘ ûḇānāyw wayyō’mərû yəḥî hammeleḵə: |
Toen brachten zij des konings zoon voor, en zetten hem de kroon op, en [gaven hem] de getuigenis, en zij maakten hem koning; en Jojada en zijn zonen zalfden hem, en zeiden: De koning leve!
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Toen brachten zij des konings zoon voor, en zetten hem de kroon op, en [gaven hem] de getuigenis, en zij maakten hem koning; en Jojada en zijn zonen zalfden hem, en zeiden: De koning leve!
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!